Over dijken


Maar liefst 75 treden steil omhoog voordat ik boven op de dijk ben en de zee beneden aan de andere kant zie liggen. Het schelpenpad op de brede zeedijk ligt hoog boven het land en het strand. De dijk waar ik op loop is een van de velen in ons ‘Land in zee’. Zeeland wordt niet voor niets ook wel eens Dijkenland genoemd: “Zou onze provincie nog eens op zoek moeten naar een andere naam, dan is ‘Dijkenland’ een goed alternatief. Want afgezien van enkele duinenrijen zijn het toch de dijken die Zeeland tot op de dag van vandaag beschermen tegen het water. Zonder dijken dus geen land, geen Zeeland.” In dit blog heb ik wat weetjes over de Zeeuwse binnen- en buitendijken verzameld en komen de muren van een jonkheer in beeld. En er is ook dijkpoëzie en natuurlijk mooie foto’s van dijken.


Dicht de dijken

Dicht de dijken,
moet je kijken,
hele scheuren in
de grond
Iedereen staat toe
te kijken
hoe het water de
dijk verslond

Nederland ligt
onder water
De zeespiegel
hoger dan het land
Eén grote dijk
moet het omgeven,
is tegen water
wel een dijk bestand

Jannie Hoogendam

De majestueuze zeedijk aan de Westerscheldemonding waarboven ik tijdens mijn ochtendwandelingen loop weert de zee en wind zodat we nu veilig kunnen leven achter de dijk.
Maar ze waren niet altijd zo hoog en breed. Was ik een zeedijk zoals deze in de jaren 60 omhoog geklommen had ik heel veel minder treden kunnen tellen en was ook het pad bovenop veel smaller geweest.
Sinds eeuwen werpen we dijken op om ons te beschermen en ook om land af te troeven van de zee. Dijken vormen het ruggengraat van het Zeeuwse landschap. En ze zijn de rode draad in de Zeeuwse bewoningsgeschiedenis als wisselende grens van land en water,

De alleroudste dijken in Zeeland (waar we dankzij opgravingen weet van hebben) waren bij het Walcherse Serooskerke. Daar zijn restanten gevonden van een dijk, opgebouwd uit plaggen van veen en klei, kort voor het jaar 200 aangelegd om weidegrond te beschermen.

Van de eerste dijken in de geschreven geschiedenis weten we, omdat twee plaatsnamen in westelijk Zeeuws-Vlaanderen daarvan getuigen: ‘Tubindic’ (tussen Aardenburg en Oostburg) in 1025, en ‘Isendica’ (IJzendijke) in de elfde/twaalfde eeuw. Deze vroege dijken hadden een defensieve functie: ze moesten mens, vee en land beschermen tegen overstroming. Als reactie op de stormvloed van 1134 legde men daarom grootschalige dijkringen aan rondom de oude kerngebieden (het ‘oudland’) van Schouwen, Walcheren en westelijk Zuid-Beveland. Ze waren weinig imposant dergelijke middeleeuwse dijken, zeker vergeleken met de op Deltahoogte gebrachte dijken van nu.

Uit de klei

Vroeger werden de dijken opgeworpen met het letterlijk meest voor de hand liggende ‘gratis’ materiaal: klei. De zeedijken kon je gemakkelijk herkennen aan hun aparte vorm: een flauwe helling aan de (vroegere) zeezijde om de golven te laten uitlopen, aan de andere kant, de landzijde een steilere helling. En zo kun je aan de oude dijken die nu soms diep in de polder liggen nog steeds zien tot waar toen de zee kwam.

Muurtjes van een Jonkheer

Later werden, vooral na stormvloeden, de zeewerende dijken steeds verder versterkt, verhoogd en verbreed. Ook werd de klei (gedeeltelijk) vervangen of aangevuld door andere materialen. Een van de bijzondere materialen waren de betonnen Muraltmuurtjes, waarmee vanaf 1906 dijken verhoogd werden zonder ze te hoeven verbreden.

Muraltmuren zijn een uitvinding van jonkheer ir. R.R.L. de Muralt, ingenieur van de Waterstaat van ’s Lands Burgerlijke Openbare Werken.
Net als na de stormvloed van 1808 besloot men na de vloed van 1906 tot een algemene dijkverhoging. De Muralt had daarvoor een goedkope, betonnen oplossing bedacht. De muurtjes als een alternatieve dijkverhoging zonder de veel duurdere en omslachtige dijkverbreding. En zo kwamen op ongeveer 120 kilometer zeedijk tussen 1906 en 1935 in Zeeland muraltmuurtjes. Dit was ongeveer een kwart van alle Zeeuwse zeedijken in die periode!

Helaas bleek dit niet bestand te zijn tegen het wassende water van de watersnoodramp in februari 1953. Dus werden de meeste ‘muraltmuurtjes’ in de loop der jaren opgeruimd bij de dijkverzwaringen na 1953. Nadien zijn ze enkel nog sporadisch toegepast als tijdelijke of noodconstructie.

Ken jij ze nog ?

De vertrouwde muurtjes op de dijken uit onze jeugd zijn nu een stukje beschermd erfgoed. Als kind had je geen idee dat ze door een jonkheer waren bedacht en daar hun naam aan te danken hadden. Ze waren er gewoon boven op de eindeloos slingerende dijk, van ruwe steen (waar je je blote knieen aan kon schaven), begroeid met gele en oranje mossen en in de zomer verscholen tussen het hoge gras. Je kon er bovenop zitten, tegenaan leunen, op balanceren en er overheen klimmen.

Hoe hoog zijn de dijken nu? 
Na 1958 zijn de dijken in Zeeland op Deltahoogte gebracht. Dat betekent dat de dijk moet minstens zo hoog zijn als de som van de hoogwaterstand en de golfoploop (de waakhoogte). De deltahoogte van de Nederlandse Noordzeedijken is daarom ongeveer 12 meter boven NAP.

Bloem-, boom- en woondijken

Zo stoer en fier de ‘nieuwe’ zeedijken, zo klein en liefelijk ogen de ‘oude’ binnendijken. Begroeid met bomen en in het voorjaar een bloemenzee slingeren zij door het landschap. Met name de beschutte zuidzijde, de zonzijde, is een ideale plek voor verschillende bloeiers.

Veel of de meeste van de huidige binnendijken waren eerst buitendijken, totdat ze hun functie om de zee te weren verloren aan een nieuwe, voorliggende dijk. De binnendijken kregen dan vaak ook een andere bestemming, zoals bebouwing als dijkgehuchten en dijkdorpen.
Het op één na langste dorp van Nederland is zo’n dijkdorp: Westdorpe gelegen op en aan de Graaf-Jansdijk met een lengte van 4,5 kilometer.

Het Zeeuwsch-Vlaamse platte land

Soms zit ik stilletjes op de dijk
en kijk naar het land beneden
dan zweven mijn gedachten weg
naar hoe het was in het verleden

……………….
Ja, zo zit ik soms op mijn dijkje
en laat alles bezinken in mijn geest
ik weet best dat men niet terug kan
naar zoals het vroeger is geweest


Titia Geertman

Dijkbewaking

Veilig achter de dijken. Zeker als het stormt ben je blij dat je achter de dijk woont.
Toen eerder deze maand noordwesterstorm Corrie en deze week de nog zwaardere Eunice over ons land raasden werd ‘dijkbewaking’ ingesteld door het waterschap, dat gebeurt altijd als er een flinke storm waait en een heel hoge waterstand wordt verwacht. Voor ieder stukje dijk staat dan een ploeg mensen klaar om de situatie in de gaten te houden en desnoods gelijk in actie te kunnen komen.
Na een hevige storm patrouilleren de waterschappers dan bij laag water langs de dijken en zodra er schade is, wordt dit zo snel mogelijk hersteld.

Bij hoog water sluit het waterschap de deuren van de keersluizen om het zeewater buiten de deur te houden. Bovendien treft het waterschap ook extra maatregelen bij de binnendijken en sluit indien nodig de coupures (de opening waar een weg een binnendijk kruist).

De foto’s in dit blog zijn afkomstig van Charles Linssen (ook coverfoto), Gudrun Gunter, Ronnie Verrijzer, Zeeuwse Ankers, Stichting Landschapapsbeheer Zeeland, Natuurmonumenten , Waterschap Scheldestromen en het Seasides Archief.

De weetjes zijn. gevonden in Zeeuwse Ankers en op Waterschap Scheldestromen.


14 reacties op “Over dijken”

  1. Weer een prachtige log.
    Veel informatie over de dijken, die begroeide dijkjes zijn juweeltjes.
    Westdorpe het op één na langste dorp van Nederland, wist ik niet.
    Het langste dorp is Assendelft – Zaanstreek Dit moet natuurlijk gezegd, ik kom uit diezelfde streek. 😏

    Geliked door 1 persoon

  2. Dijken fascineren me. Om hoe mooi ze soms zijn, maar ook om hun kracht. Ik groeide op onderaan een dijk en heb er gelukkig maar één keer bij stilgestaan dat er gevaar kon zijn. Dat was in de jaren ’90, toen het even gevaarlijk hoog water werd en de betreffende dijk het zwaar had. Maar verder fiets ik er nog steeds graag overheen als ik in mijn geboortedorp ben.

    Geliked door 1 persoon

Plaats een reactie